In oktober 2014 kwamen afgevaardigden uit de hele wereld samen voor de aftrap van een nieuw programma van de Stop Kinderarbeid coalitie (SKA). Met vereende krachten zullen in India, Afrika en Midden-Amerika nog meer kinderarbeidvrije zones worden gecreëerd. Daarbij kunnen bedrijven echt het verschil maken voor kinderen en hun families.
“We gaan met z’n allen iets geweldigs neerzetten. Alle betrokkenen zijn enorm gemotiveerd om hard te werken aan het versterken en uitbreiden van kinderarbeidvrije zones.” Sofie Ovaa, global campaign coördinator Stop Child Labour, keerde zeer geïnspireerd terug uit Segou, Mali. Hier vond de officiële start plaats van het programma ‘Out of Work into School: Joint Efforts Towards Child Labour Free Zones’. Dankzij financiering van het ministerie van Buitenlandse Zaken kan Stop Kinderarbeid in de periode 2014-2017 haar succesvolle activiteiten voortzetten. “Een mooie nieuwe kans. We zullen het waarmaken, samen met Nederlandse en lokale partners wereldwijd.”
Kracht vanuit de gemeenschap
De gebiedsgerichte aanpak om te komen tot kinderarbeidvrije zones, floreert. Eerst in India, nu ook in Afrika. Ovaa: “De kracht komt vanuit de gemeenschap zelf. Ouders hebben het vurige verlangen om hun kinderen een betere toekomst te geven. Ook leerkrachten, lokale autoriteiten, vakbonden en werkgevers zijn doordrongen geraakt van de norm ‘kinderarbeid is níet acceptabel en ieder kind hoort op school’. Vanuit deze overtuiging maakt iedereen zich binnen een geografisch gebied hard voor het welzijn van de kinderen.” Het succes verspreidt zich als een olievlek. “Stop Kinderarbeid nodigt landelijke politici uit voor veldbezoeken aan kinderarbeidvrije zones. Zo zien zij dat het echt kán. Dit inspireert de overheid om het lokale voorbeeld na te volgen.” Tijdens haar verblijf in Mali bezocht Ovaa kinderarbeidvrije zones in de buurt van Segou, met alle deelnemers van de meeting in Segou.
Actieve rol voor bedrijven
Bij het nieuwe SKA-programma zijn de volgende landen en sectoren betrokken: India (natuursteen, textiel en leer), Zimbabwe (thee), Oeganda (koffie), Mali (kleinschalige landbouw en goud), Nicaragua (natuursteen) en Turkije (hazelnoten). “Enerzijds werken we dáár in het veld met lokale partners aan oplossingen om kinderarbeid uit te bannen. Tegelijkertijd sporen we (inter)nationale bedrijven aan om actief hun verantwoordelijkheid te nemen. Zij moeten dwars door de productieketen heen zorgen dat er geen kinderarbeid in zit.” Ofwel: verder kijken dan de arbeidsomstandigheden in de fabriek die kleding, koffie of thee aanlevert.
“Nieuw is dat wij bedrijven gaan benaderen om hun productiegebieden te bezoeken”, zegt Ovaa. “Stel dat er een kind in een katoenveld blijkt te werken. Zo’n kind wegsturen kan van kwaad tot erger leiden; het belandt morgen op een theeplantage, in de mijn of de prostitutie. In samenwerking met onze ervaren lokale partners kan het betrokken bedrijf zorgen dat dit kind terug naar school wordt begeleid. Dan maak je echt het verschil, en help je ook zijn familie.”
Meer informatie:
De coalitie ‘Stop Kinderarbeid – School, de beste werkplaats’ (SKA) wordt gecoördineerd door Hivos. Zij werkt samen met lokale organisaties in Azië, Afrika en Latijns-Amerika en roept consumenten, bedrijven, overheden en internationale organisaties op om deel uit te maken van de oplossing.
Dit artikel verscheen in Hivos magazine(december 2014).
© Hivos