De val van de Berlijnse Muur – op 9 november 1989 – en de ondergang van de DDR; een van de indrukwekkendste gebeurtenissen in mijn leven. Toen moesten de executie van de Roemeense president Nicolae Ceaușescu en zijn vrouw, dwaze Boris Jeltsin op een tank, de Golfoorlogen, val van Srebrenica, 9/11, de moord op Pim Fortuyn en Theo van Gogh, de hoopvolle Arabische lentes en gewelddadige repressie, huidige vluchtelingencrisis en recente terroristische aanslagen nog komen.
Het overlijden van Lady Di, Ischa Meijer en Boudewijn Büch maakte ook veel indruk, maar was toch van een andere orde. De Molukse treinkaping en schoolgijzeling in Bovensmilde, zeehonden- en walvissenjacht, het afbranden van mijn lagere school, jeugdboeken over de horror van de Tweede Wereldoorlog (‘Paultje, ze gaan weer vechten’), World Press Photos (‘napalmmeisje’ Kim Phuc in Vietnam, verdrinkend meisje in Colombia), kruisrakettendemonstraties, de ontploffing van de Challenger, en de kernramp van Tsjernobyl waren eerdere gebeurtenissen die mijn kinder- en puberziel beeindruckten, maar nu terug naar de Berlijnse Muur.
Het IJzeren Gordijn. In 1987 piepten we er doorheen, een bus vol middelbare scholieren en hun begeleiders (waaronder natuurlijk onze docent Duits). We reisden via het kapitalistische West-Duitsland naar Leipzig, Dresden en Berlijn, in het communistische Oostblok. We verwonderden ons over de kekke Trabantjes in het verder grauwe stadsbeeld – vervuilde gevels, sobere winkels en mensen in ouderwetse kleding. Beklemmend was de strenge controle bij het passeren van Checkpoint Charlie tussen West- en Oost-Berlijn. ‘Niet lachen als je je paspoort moet laten zien.’ Spiegels onder de bus, grondige bagagecheck. Opluchting na het doorrijden.
Daarna de ontmoeting met leeftijdgenoten, gekleed in hun uniformen van de Freie Deutsche Jugend (FDJot), de ideologische jeugdbeweging in de DDR. Schuchter praatten we met elkaar. Er was bier, limonade, het FDJot-lijfblad, en ’s avonds laat reden wij weer terug naar het vrije Westen. Onze leraar Duits liep met kotszakjes door de bus om een paar lallende scholieren te unterstützen. Want ja, dat DDR-bier. Reuze spannend allemaal. Op een toeristisch platform keken we overdag gelukkig weer vanaf de ‘goede’ kant naar de Berlijnse Muur vol graffiti. Bij vluchtpogingen over, onder en door deze grenszone van beton, staal, prikkeldraad, mijnenvelden en wachttorens vielen ten minste 138 slachtoffers.
En toen viel toch die hartverscheurende Berlijnse Muur – slechts twee jaar later. En brokkelde het IJzeren Gordijn verder af. Hoe zullen de FDJot-scholieren de ineenstorting van hun met de paplepel ingegoten ideologie beleefd hebben? In 1994 was ik voor het eerst in een herenigd Berlijn, in de Bondsrepubliek Duitsland. Ditmaal op excursie met studiegenoten en docenten van de Tilburgse Academie voor Journalistiek. In een minibusje doorkruisten we de stad. De ontmanteling van de Muur en stadsvernieuwing verliepen in zo’n hoog tempo, dat het soms moeilijk te zien was of we in voormalig Oost- of West-Berlijn waren. Hoe zou het nu zijn, in 2015? Precies een week voordat de Muur 26 jaar (!) geleden viel, en op Allerzielen (mijn verjaardag) ben ik wieder da.